Visie

De variëteit aan boerenbedrijven toont de kracht en potentie van al deze verschillende vormen van land- en tuinbouw en bepaalt de toekomst voor de agrarische sector in Nederland. Wij willen een toekomstbestendige landbouw die in balans is met natuur, landschap en samenleving. De stip op de horizon is 2030. De sector een nieuw perspectief bieden, juist nu wij als boeren onder grote druk staan is ons doel. Een perspectief met ruimte voor meer in plaats van minder boeren.

Wij willen een systeemverandering waardoor de huidige focus op volume, technologie en lage prijs verandert in een landbouw- en voedselsysteem waarin diversiteit, een integrale en gebiedsgerichte aanpak, duurzaamheid, gezondheid, dierenwelzijn en eerlijke prijzen centraal staan. Wij staan voor een land- en tuinbouw die natuurgedreven, sociaal verbonden en economisch gedragen is.

Onze visie en stip op de horizon richten zich op 2030. Dan willen we veel milieuproblemen opgelost hebben. We willen dan tevens een bijdrage leveren aan herstel van de biodiversiteit, zorgvuldig met het landschap omgaan en een grote bijdrage leveren aan de klimaatdoelen.

Vanuit deze ambitie en principes gaan we in gesprek over heikele thema’s zoals: Hoe versnellen we de omslag naar het beoogde nieuwe landbouwmodel? Hoe komen we naar een landbouw volledig gebaseerd op hernieuwbare bronnen? Hoe kunnen we input van buiten de kringloop zo snel mogelijk afbouwen? Hoe krijgen boeren zo snel mogelijk een reële vergoeding voor hun bijdrage aan ecosysteemdiensten en andere belangrijke maatschappelijke waarden? Hoe faciliteren we gangbare boeren bij hun omslag?

Een aantal van onze uitgangspunten worden hieronder verder uitgediept.

Natuur gedreven

Een landbouw- en voedselsysteem in 2030 waarin boeren op hun bedrijven de natuur als uitgangspunt nemen. Zij dragen structureel bij aan het herstel van landschapswaarden, bodemvruchtbaarheid, biodiversiteit, waterkwaliteit en waterretentie. Zij zorgen ervoor dat veel CO2 in de bodem wordt vastgelegd. Het gebruik van fossiele brandstoffen is bij hen in 2030 op weg naar eindigheid en zij zetten vol in op de inzet van hernieuwbare energie. Kringlopen worden op zo klein mogelijke schaal gesloten, op het eigen bedrijf of met partners dichtbij.
Dieren worden gezien als intelligente wezens en worden gehouden op een daarbij passende wijze, respectvol en dichtbij hun natuurlijk gedrag. Natuurvreemde bestrijdingsmiddelen en kunstmest zijn gaandeweg vervangen door natuurlijk plaagbeheersing. Biodiversiteit en bodembiologie zorgen voor een ecosysteem dat in balans is waardoor de impact van ziektes en plagen beperkt blijft.

Sociaal verbonden

Landbouw en voedselproductie is gebaseerd op maatschappelijke waarden als gezondheid, leefbaarheid, voedselzekerheid en voedselveiligheid. Voedsel verbindt boeren en burgers, en het verbindt mensen in hun eigen dorp of wijk. In 2030 draagt het boerenbedrijf bij aan de leefbaarheid van stad en platteland als centrum van werkgelegenheid, bron van gezond en veilig voedsel en hoeder van een aantrekkelijk landschap voor recreatie en toerisme. Boeren leveren belangrijke diensten aan de zorgsector en het onderwijs en zijn onderdeel van een inclusieve gemeenschap. Een gemeenschap waar voedsel wordt gewaardeerd, waar burgers zich bewust zijn van de effecten van hun keuzes en ook weer voedselvaardig zijn.

Economisch gedragen

In 2030 gaan boeren op een verantwoorde wijze om met grondstoffen. De gezonde producten en waardevolle diensten die zij voortbrengen dragen bij aan de reële economie en voegen waarde toe aan de gemeenschap. De vraag naar deze producten is groot. Boeren kunnen hiermee een eerlijke boterham verdienen die in verhouding staat tot de inspanningen die zij leveren en de risico’s die zij lopen. Boeren hebben een stevige positie in de keten en kunnen op transparante wijze invloed uitoefenen op de prijs van hun producten en diensten die dan de werkelijke kosten en ontwikkelde waarden reflecteren.
Boeren zijn in hoge mate soeverein. De afhankelijkheid van financiers, leveranciers en grote afnemers is sterk verminderd. Speculatie op de waarde van grond, oogsten en gebouwen is in 2030 fors terug gedrongen. Het GLB is niet meer nodig als inkomenssteun, maar wordt ingezet voor investeringen in een natuurgedreven en sociaal verbonden landbouw.